Alimentatie

Er bestaat een onderscheid tussen kinder- en partneralimentatie. Altijd staan twee begrippen centraal: behoefte en draagkracht. De vast te stellen alimentatie mag de behoefte van de onderhoudsgerechtigde niet overstijgen, maar evenmin de draagkracht van de onderhoudsplichtige. De laagste van de twee vormt dus het maximum.

Kinderalimentatie
Ouders zijn gehouden in de kosten van hun kinderen te voorzien; zowel de vader als de moeder is onderhoudsplichtig. Deze onderhoudsplicht duurt in ieder geval tot de leeftijd van 18 jaar en wordt verlengd tot de leeftijd van 21 jaar als een kind nog studeert of onvoldoende eigen inkomen verdient om volledig in het eigen levensonderhoud te voorzien.

Behoefte kinderen
Voor de vaststelling van de alimentatiebehoefte van kinderen is een systeem is ontwikkeld in samenwerking met het Nibud. In beginsel is het gezinsinkomen tijdens het huwelijk bepalend voor de hoogte van de behoefte van de kinderen. Het kindgebonden budget dat de onderhoudsgerechtigde ouder ontvangt, inclusief de zogeheten alleenstaande-ouderkop, wordt van de gevonden behoefte afgetrokken.

Draagkracht ouders
Voor alimentatieberekeningen is het netto inkomen, voorzien van een aantal correcties, van belang: het netto besteedbaar inkomen. Het netto besteedbaar inkomen bepaalt de hoogte van de draagkracht van de ouders. De kosten van de kinderen moeten naar rato van de berekende draagkracht voldaan worden. De ouder waar een kind niet woont betaalt over het algemeen een gedeelte van de kosten in de vorm van kinderalimentatie. Een ander deel van de kosten wordt voldaan tijdens de contacten met de kinderen, dit mag als ‘zorgkorting’ afgetrokken worden bij de berekening van de alimentatie.

Partneralimentatie
Wanneer u besluit om uit elkaar te gaan als u getrouwd bent of een geregistreerd partnerschap bent aangegaan, eindigt de onderhoudsverplichting voor de ander niet. Als een van beide niet voldoende inkomsten heeft, ontstaat er een alimentatieplicht. In de meeste gevallen zal de meestverdienende partner aan de minstverdienende partner moeten betalen.

De bepaling van de behoefte aan partneralimentatie is maatwerk. In standaardgevallen is het echter mogelijk de behoefte te berekenen aan de hand van een vuistregel.

Het recht op partneralimentatie vervalt in beginsel na twaalf jaar, te rekenen vanaf het moment van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand. Als het huwelijk korter dan vijf jaar heeft geduurd en kinderloos is gebleven, is de alimentatieduur beperkt tot de duur van het huwelijk. Actueel is dat op dit moment in de politiek gesproken wordt over een wijziging van de duur van de alimentatie.

Advocaten